De schoolkrijtjes van Venco zijn creatief bedacht, erg herkenbaar en vol van smaak. Dus ging RedBand met het idee aan de haal en bracht (inderdaad, 'bracht' als in verleden tijd..) stoepkrijt in het schap. Bij een quasi willekeurig tuincentrum waar zoals te doen gebruikelijk in de buurt van de kassa's de nodige suikerwaren te koop liggen, hangen puntzakken van CandyPoint te bungelen. En daartussen vallen deze 'gekleurde schoolkrijtjes', in hun overdadig bonte kleurschakeringen, direct op als schijnbaar logisch vervolg op de louter matwitte, originele krijtdropjes cq. dropkrijtjes. Tus- sen de ingrediënten staat, opvallend, water vermeld. Dát werd nog niet eerder bij dropjes gezien. Verder aroma's (drop, menthol en eucalyptus) en vier verschillende, E-genummerde kleurstoffen. En dát klopt dan weer met de kleuren: blauw, oranje, rood, geel (en wit, maar dat is geen kleur).
Verder verschillen deze felle-kleuren-krijtjes niet zoveel van die andere: zoete suikercoating die tussen de kiezen kapot kraakt en zich tot griebeltjes laat verbijten; licorice laagje om de kruimige anijsvulling met frisse nasmaak. De verschillende kleuren hebben dezelfde smaak. Nou is CandyPoint een groothandel, dus blijft de feitelijke fabrikant van de kleurenkrijt voorlopig in het ongewisse, maar dat zou natuurlijk zomaar ook Venco kunnen zijn. Of stiekem toch RedBand, in een stiekeme revanche?
Eindoordeel: 7,5.
Beste,
BeantwoordenVerwijderenLeuk dat je inmiddels al 3 producten van ons aan een kritische test hebt onderworpen.
De gekleurde schoolkrijt komt van Hamlet uit België.
RedBand en Venco vallen beiden onder Leaf wat nu Cloetha gaat heten, dus veel revanche zullen zij niet op elkaar heoven te nemen ;-)
Mocht je weer eens een 10 willen uitdelen dan moet je de eigenmerk dropmix eens moeten proberen van Candypoint.
Te koop bij Tuincentrum Overvecht (ligt onderin het zoetwaren schap)
Wil je op de hoogte blijve over Candypoint dan zijn wij te volgen op Twitter: @CandypointNL en op Facebook.com/CandypointNL
of www.candypoint.nl
Met vriendelijke groeten,
Remco Voorhuis