Eindoordeel: 7,5.
Melasse ziet er uit als dikke pannenkoeken schenkstroop. Het is een stroperig product dat overblijft nadat suiker is gewonnen uit suikerriet of -bieten. De suikerhoudende planten worden tijdens een zogenaamd 'raffinageproces' versneden om er vervolgens het sap uit te persen. Hieruit wordt de suiker uitgekristalliseerd, waarna een dikke stroop achterblijft. Dus: suikerrietsap wordt ingekookt tot de suikers karamelliseren. Deze zoete siroop heet 'first molasses'. Omdat dit proces bedoeld is om suiker te winnen wordt hier de suiker uitgehaald; wat overblijft wordt verder ingekookt en heet dan 'second molasses', stukken minder zoet en een beetje bitter. Hier worden de laatste suikers uit gefilterd en wat je dan overhoudt heet 'blackstrap molasses', niet zoet, behoorlijk bitter en vol mineralen.
Ook wordt melasse als grondstof veelvuldig gebruikt binnen de fermentatie-industrie. Voorbeelden daarvan zijn: (bakkers)gist, citroenzuur, lysine en bio-ethanol. Vaak wordt gewerkt met de regionaal geproduceerde melasse (in Europa is dit bietmelasse), maar veel wordt aangevoerd met grote zeetankers uit landen als Pakistan, India, Latijns-Amerika, etc. Deze melasse is afkomstig van rietsuiker. Wereldwijd wordt zo'n 50.000.000 ton melasse geproduceerd. In dierenvoeding wordt melasse gebruikt als bindmiddel bij het drogen en persen van bietenpulp. Paarden in het bijzonder vinden het heerlijk en melasse is voor hen een bron van kalium en energie.
1880 was melasse de meest gebruikte zoetstof in de Ve- renigde Staten. In vervlogen tijden waarin witte tafelsuiker enkel voor de allerrijksten te bekomen was, was melasse de primaire (goedkope) zoetstof voor het volk. Na W.O.I daalde de suikerprijs en werd sjieke kristalsuiker meer en meer gekocht. Vreemd genoeg kost melasse tegenwoordig bijna twee keer zoveel als geraffineerde suiker. Het heeft een karakteristieke, zoetzoute, licht bittere smaak door de aanwezigheid van anorganische zouten en wordt nog altijd veel gebruikt in koekjes, gemberkoek (ginger bread), fruitcake, toffees en sauzen. Bovendien wordt het ook wel ingezet als erg praktisch voedingssupplement (2tl blackstrap molasses per dag, opgelost in heet water of melk); het zou zeer voedzaam zijn en een laxerende werking hebben (bij constipatie).
luis tijdens haar leven uit de boom gezogen heeft; en ook door het seizoen waarin de hars geoogst wordt. Deze hars wordt van de boomtakken geschraapt en gedroogd en vormt vervolgens de grondstof voor schellak. Soms wordt de hars gefilterd door het te verwarmen en door een (juten) doek te laten trekken. Schellak wordt verhandeld in tabletten of als schilfers in kleurgradaties van 'blond' (gezuiverd) tot donker. Het is mogelijk dat bij het oogsten van de hars ook de luizen zelf verwerkt worden, waardoor de uiteindelijke hars delen ervan kan bevatten. Maar dat geldt vooral voor de onzuivere schellak.
Omdat schellak een thermo- plastisch materiaal is, wordt het zacht bij verwarming. In gesmolten toestand kan schellak vermengd worden met een vulmateriaal (zoals houtpoeder of een minerale vulstof) en onder invloed van druk en temperatuur in een vorm geperst worden. Tot 1959 werden grammofoonplaten van schellak geperst, maar die waren echter wel erg breekbaar. Tegenwoordig is schellak het hoofdbestanddeel in politoer (gebruikt om hout af te dichten), wordt het gebruikt in de horloge-industrie en is het toepasbaar bij de montage van blaasinstrumenten. Ook in de farmaceutische industrie kent het zijn waarde. Schellak is een natuurlijk polymeer en het wordt in de hedendaagse industrie gebruikt als glansmiddel en coating van met name snoep (drop, bonbons) en fruit (zoals citroenen). Er gelden geen dieetbeperkingen voor de was, dat als E904 glansmiddel te boek staat, ookal is het voor veganisten vaak een discutabel product.